De reputatie van misdaadjournalist John van den Heuvel staat onder druk na zijn betrokkenheid bij het nieuwe boek van Joran van der Sloot. Tijdens een optreden in de talkshow van Renze Klamer werd Van den Heuvel stevig bevraagd over zijn besluit om het voorwoord van het boek te schrijven.
De discussie draaide vooral om de vraag waarom hij de moordenaar, die bekend staat om zijn betrokkenheid bij de verdwijning van Natalee Holloway, op deze manier steunt. Renze Klamer liet tijdens de uitzending geen spaan heel van Van den Heuvels argumenten. Hij haalde het boek tevoorschijn en vroeg zich hardop af waarom de journalist zijn naam aan het project verbond.
“Ik dacht even: hè?! Met een voorwoord van John van den Heuvel?” reageerde Klamer verbaasd. Van den Heuvel probeerde de kritiek te pareren door te benadrukken dat hij geen zakelijke belangen had bij het boek. “De uitgever kwam met het verzoek: ‘Wil je hier het voorwoord voor schrijven, om hem ook te duiden en niet alleen hem aan het woord te laten?’ en dat heb ik gedaan,” aldus de journalist.
Marketingstunt of oprechte steun?
Klamer bleef echter sceptisch en wees op de marketingstrategie achter het boek. “Een sticker op de voorkant doen ze altijd maar met één reden: om extra autoriteit te geven. Het voelt als een goedkeuring van jouw kant,” zei hij. Van den Heuvel ontkende dat hij op de hoogte was van de sticker, wat Klamer naïef noemde. Medegast Suse van Kleef vulde aan: “Als het niet werkt, dan doe je het niet. Dus blijkbaar werkt het wel.”
Geen spijt, wel kritiek
Ondanks de kritiek gaf Van den Heuvel aan geen spijt te hebben van zijn besluit. “Nee, ik heb er geen seconde spijt van,” zei hij stellig. Wel erkende hij dat het boek controversieel is. Hij benadrukte dat Van der Sloot in het boek spijt betuigt en nieuwe informatie deelt over de zaak-Holloway. “Ik geloof dat echt oprecht. Ik heb hem een paar keer ontmoet,” aldus Van den Heuvel.
Financiële kwestie
Een ander gevoelig punt was de financiële kant van het verhaal. Kees van der Spek, een andere tafelgast, stelde dat Van der Sloot eerst 25.000 euro aan de nabestaanden van Natalee Holloway zou moeten overmaken voordat het boek enige waarde heeft. Van den Heuvel noemde dit een “nuttige en goede suggestie,” maar gaf niet aan of hij dit als voorwaarde had gesteld. Klamer reageerde scherp: “Dan had je ook aan de voorkant kunnen zeggen: ‘Dat is mijn voorwaarde om een voorwoord te schrijven.’”
Thomas Erdbrink, een andere gast, vroeg zich af of Van den Heuvels betrokkenheid een soort wederdienst was. “Is het misschien een beetje een wederdienst? Dat je hem zo vaak hebt geïnterviewd, dat je toch het gevoel hebt dat hij zoveel tijd aan jou heeft gegeven?” Van den Heuvel ontkende dit, maar gaf wel aan gevoelig te zijn geweest voor het argument van de uitgever.
Jack Spijkerman, een andere tafelgenoot, vroeg zich af of Van den Heuvel zich niet bezwaard voelde door de leugens van Van der Sloot. “Zijn leven hangt van leugens aan elkaar,” zei Spijkerman. Van den Heuvel erkende dat criminelen vaak liegen, maar benadrukte dat Van der Sloot in dit boek bekent en spijt betuigt.
De discussie over Van den Heuvels rol in dit project roept veel vragen op over de grenzen van journalistieke betrokkenheid. Moet een journalist zich inzetten voor iemand met zo’n omstreden verleden? Laat het ons weten in de reacties op Facebook.