Ik had nooit gedacht dat ik op mijn leeftijd nog middenin een buurtsoap zou belanden, maar hier sta ik dan, met de hele straat tegen me. Het begon als een klein geroddel, maar al snel kreeg ik de subtiele opmerkingen en nare blikken. De vrouwen uit de buurt denken dat ik probeer hun mannen in te pikken. Absurd, als je het mij vraagt, maar het heeft de sfeer in onze buurt compleet verpest.
Ik ben gescheiden, al een paar jaar. Ik heb altijd goed contact gehad met mijn buren, en ik voelde me thuis in deze buurt. Het was fijn om ergens te wonen waar iedereen elkaar groet op straat en waar je bij elkaar terecht kunt voor een kopje koffie of een praatje. Maar dat veranderde toen ik vaker met een paar van de buurmannen begon te praten. Gewoon over de tuin, de kinderen, of het laatste buurtfeest. Maar blijkbaar lag dat gevoeliger dan ik had gedacht.
Het begon met die venijnige opmerking van mijn buurvrouw Ilse, een tijdje terug: “Je maakt er wel een sport van om met de mannen in de buurt te kletsen, hè?” Ik lachte haar opmerking weg, maar ik voelde dat er meer achter zat. En sinds dat moment ging het alleen maar bergafwaarts. Andere vrouwen begonnen zich ook ineens anders te gedragen. Waar we vroeger gezellig samen koffie dronken, werd ik nu steeds vaker buitengesloten. Ik hoorde ineens over buurtbijeenkomsten waar ik niet voor was uitgenodigd, en dat voelde als een klap in mijn gezicht.
Ik snap echt niet waar dit vandaan komt. Ik ben niet op zoek naar een nieuwe relatie, ik heb meer dan genoeg aan mijn werk en mijn eigen leven. Ja, ik praat met mijn buren, ook met de mannen, maar dat betekent niet dat ik plannen heb om iemand het hof te maken. Het is vriendschap, niets meer en niets minder. Maar blijkbaar zijn er vrouwen in de buurt die dat anders zien. Die denken dat ik probeer hun relatie te saboteren of hun man uit hun armen te trekken.
De situatie escaleerde toen mijn buurman Marc me vroeg om te helpen met een klusje in de tuin, terwijl zijn vrouw weg was. Ik dacht er niet over na en ging helpen met de snoeischaar, tot zijn vrouw thuiskwam en me een blik toewierp die me duidelijk maakte dat ik beter meteen had kunnen vertrekken. Een dag later hoorde ik via een andere buurvrouw dat ik “niet aan zijn huis moest komen als zij er niet was.” Dat sloeg in als een bom. Ik voel me nu bijna een crimineel als ik door mijn eigen straat loop.
Het doet me verdriet dat ik nu zo bekeken word. Alsof ik een bedreiging ben, terwijl ik juist dacht dat we als buurt op elkaar konden rekenen. Ik heb geprobeerd om het uit te praten met een paar van de vrouwen, maar dat heeft weinig geholpen. Ze blijven vasthouden aan hun beeld van mij als een ‘gescheiden vrouw die op zoek is naar aandacht’. Alsof dat de enige reden is dat ik een praatje met iemand maak.
Ik snap dat sommige mensen misschien onzeker zijn in hun relatie, maar dat ze die onzekerheid op mij projecteren, vind ik oneerlijk. Waarom kan een vrouw niet gewoon vriendelijk en sociaal zijn zonder dat er meteen van alles achter wordt gezocht? Het is alsof ik als gescheiden vrouw automatisch word gezien als een roofdier. En die rol wil ik echt niet spelen, want dat ben ik niet. Ik wil gewoon normaal met mijn buren kunnen omgaan, zonder dat er een sfeer van wantrouwen en jaloezie omheen hangt.
Ondertussen overweeg ik om zelfs te verhuizen, al zou ik dat liever niet doen. Ik hou van mijn huis, ik hou van deze buurt. Maar als ik elke dag het gevoel heb dat er over me gepraat wordt, dat ik word bekeken, dan weet ik niet hoe lang ik dat nog volhoud. Misschien is het mijn eigen schuld, misschien had ik wat afstand moeten houden, maar ik vind het ook triest dat dit nodig zou zijn.
Het enige wat ik wil, is dat dit gedoe ophoudt, dat mensen me weer zien voor wie ik ben: gewoon Danique, een buurvrouw die af en toe een praatje maakt en klaarstaat om te helpen. Maar de sfeer is inmiddels zo verziekt dat ik me afvraag of dat ooit nog goed komt. Tot die tijd doe ik mijn best om de schouders op te halen en door te gaan met mijn leven. Maar het doet zeer om zo verkeerd begrepen te worden, om als een bedreiging gezien te worden door mensen die ik ooit als vrienden zag.