Ik heb nachtenlang wakker gelegen en nog weet ik niet wat ik moet doen. Mijn zoon van 17, mijn eigen vlees en bloed, is bezig met iets wat mijn hele wereld op zijn kop heeft gezet. Laat me je vertellen wat er is gebeurd, en misschien kun jij me advies geven.
De laatste tijd merkte ik dat hij anders deed. Hij was sneller geïrriteerd, kwam te laat thuis, en hing constant aan zijn telefoon. “Dat hoort toch bij de leeftijd,” zei mijn ex toen ik het met haar besprak. “Je moet hem niet zo wantrouwen.” Misschien had ze gelijk, maar het knaagde aan me. Ik ken mijn zoon. Dit was meer dan pubergedrag.
Toen besloot ik hem te volgen. Niet omdat ik hem wilde controleren, maar omdat ik wilde begrijpen wat er aan de hand was. Op een avond zag ik hem afspreken met een groepje jongens op een verlaten parkeerplaats. Er werd iets overhandigd. Hij keek constant om zich heen, nerveus, alsof hij betrapt kon worden. Het duurde maar een paar minuten, maar ik wist genoeg. Mijn zoon is betrokken bij drugs.
Die avond voelde ik me misselijk. Ik heb het mijn ex meteen verteld. “Wat moeten we doen?” vroeg ik haar. Ze viel stil. “Daan,” zei ze uiteindelijk, “als je hem aangeeft, verander je zijn hele toekomst. Maar niks doen is ook geen optie.”
Sindsdien blijf ik in mijn hoofd hetzelfde gesprek herhalen. Als ik hem aangeef, betekent dat misschien een strafblad. Een strafblad dat hem zijn kansen op een opleiding, een baan, of een normaal leven kan kosten. Maar wat als ik hem niet aangeef? Hoe ver laat ik hem dan gaan? Wat als hij nog dieper in die wereld terechtkomt?
Ik heb geprobeerd met hem te praten. Niet meteen gezegd wat ik wist, maar voorzichtig gevraagd hoe het met hem gaat. Hij sloot zich meteen af. “Ik hoef geen preek, pap. Alles is prima,” zei hij, terwijl hij op zijn telefoon tikte. Prima? Niets hieraan is prima.
Een deel van mij wil geloven dat dit eenmalig was. Dat hij gewoon in de verkeerde groep terecht is gekomen en eruit kan stappen. Maar een ander deel weet dat ik hem misschien moet confronteren en dat ik die verantwoordelijkheid als ouder niet kan ontlopen.
Dus hier zit ik, met mijn hoofd in mijn handen. Ik wil het juiste doen, maar wat is dat? Mijn zoon beschermen betekent misschien dat ik hem moet aangeven, hoe pijnlijk dat ook is. Maar wat zou jij doen in mijn plaats? Soms voelt het alsof ik alleen in deze strijd sta, en eerlijk gezegd weet ik niet meer wat juist is.