Veel mensen herkennen het wel. Na een drukke dag ga je eindelijk naar bed, maar je hoofd blijft vol gedachten. Je ligt te woelen, piekert over van alles en nog wat, en slapen lijkt onmogelijk. Hoe komt het dat je brein juist ’s avonds zo actief is? En wat kun je doen om toch tot rust te komen?
Waarom het hoofd juist ’s avonds actief blijft
Een belangrijke reden dat gedachten blijven malen in bed, is dat we overdag vaak te weinig rust nemen. Je gaat maar door met werk, afspraken en sociale bezigheden, en staat eigenlijk nooit stil. Wanneer je dan ’s avonds in bed ligt, zonder afleiding, krijgt je brein eindelijk de kans om alle losse gedachten omhoog te brengen.
Dat betekent dat je juist op het moment dat je wilt ontspannen, allerlei zorgen en herinneringen voorbij ziet komen. Omdat je lichaam en geest niet gewend zijn om gedurende de dag tot rust te komen, blijft je brein ook ’s avonds actief. Hierdoor is overschakelen naar slaap lastiger.
Signalen dat je brein nog ‘aanstaat’
Je merkt vaak zelf al dat je hoofd niet tot rust komt. Je blijft piekeren over gesprekken, gebeurtenissen of dingen die nog moeten gebeuren. Soms herhaal je steeds dezelfde gedachten, of bedenk je allerlei scenario’s. Dit houdt je brein bezig en belemmert je ontspanning.
Naast de drukte in je hoofd kun je ook lichamelijke spanning voelen. Denk aan gespannen spieren, een hogere hartslag of een knoop in je maag. Het zijn signalen dat je lichaam nog in de stressstand staat. Je voelt je moe, maar het lukt niet om over te schakelen naar slaap.
Zelfs als je uiteindelijk in slaap valt, is die vaak oppervlakkig en onrustig. Je wordt meerdere keren wakker en merkt dat je de volgende ochtend niet echt uitgerust bent. Alles bij elkaar laat dit zien dat je brein nog niet in de ruststand staat en moeite heeft om de slaapstand te vinden.
Wat helpt om gedachten los te laten
Gelukkig zijn er verschillende manieren om beter tot rust te komen. Het belangrijkste is om je aandacht weg te halen van de piekergedachten. Dat klinkt eenvoudig, maar het vraagt wat oefening. Je kunt bijvoorbeeld focussen op je ademhaling en bewust langzaam in- en uitademen. Ook ontspanningsoefeningen of het oproepen van een rustig beeld in je hoofd kunnen helpen.
Daarnaast is je slaapomgeving belangrijk. Zorg voor een donkere, stille en koele slaapkamer. Dit helpt je lichaam vanzelf meer te ontspannen. Overdag kun je er ook voor zorgen dat je geregeld korte pauzes neemt, zodat je brein niet alles pas in bed hoeft te verwerken.
Volgens slaapdeskundige Merijn van de Laar is het verstandig om ’s nachts niet op de klok te kijken. Als je wakker ligt, duurt het gemiddeld twintig minuten om weer in slaap te vallen. Door op de klok te kijken, gaat je brein rekenen en piekeren over de uren die je nog kunt slapen. Dit maakt de kans op inslapen juist kleiner.
Praktische tips voor een rustig hoofd
Wanneer je merkt dat je hoofd vlak voor het slapengaan vol zit, kan schrijven helpen. Leg een notitieboekje naast je bed en schrijf je gedachten op. Noteer wat je zorgen zijn, maar ook de dingen waar je die dag dankbaar voor bent. Dit helpt je brein om gedachten te ordenen en los te laten.
Een vaste avondroutine kan ook wonderen doen. Door elke avond hetzelfde ritueel te volgen, herkent je brein dat het tijd is om te ontspannen. Denk aan een warm bad of douche nemen, een stukje lezen of een rustige ademhalingsoefening. Zo maak je het inslapen makkelijker.
Tot slot is het belangrijk om gedurende de dag al vaker rustmomenten in te bouwen. Korte pauzes, een wandeling of een paar minuten bewust ademhalen zorgen ervoor dat je brein niet pas ’s avonds alles gaat verwerken. Door overdag kleine momenten van ontspanning te nemen, geef je jezelf de kans om ’s avonds makkelijker tot rust te komen.
Bron: Maxvandaag