De arbeidsmarkt is flink veranderd; moeders werken meer dan ooit. Dit is positief, maar het betekent ook dat kinderen vaker naar de crèche of buitenschoolse opvang (bso) gaan. Margot, een 65-jarige grootmoeder, vindt het lastig dat haar kleinkinderen na school naar de bso moeten. Ze vindt dat ze daar te moe voor zijn.
De uitdagingen van buitenschoolse opvang
Margot legt uit: “Na een lange schooldag zijn mijn kleinkinderen erg moe. Dan moeten ze nog naar de bso waar het druk is met andere kinderen. Dit is te veel voor hen.” Omdat haar dochter bijna vier dagen werkt en haar man fulltime, is er geen andere optie. Margot en haar man passen één dag per week op, maar meer zit er voor hen niet in. Ze kent ook gezinnen waar de kinderen drie dagen naar de opvang gaan omdat beide ouders werken. Volgens Margot is dat niet goed voor de ontwikkeling van het kind. Een kind heeft na school rust nodig in een vertrouwde omgeving.
Werken en moederschap
De dochter van Margot, Tessa, ervaart kritiek omdat ze fulltime werkt. “Toen ik op sociale media deelde dat ik fulltime werk en soms in het weekend een oppas heb, kreeg ik veel negatieve reacties. Het lijkt wel alsof het in Nederland niet geaccepteerd is dat moeders veel werken,” zegt Tessa. Er heerst een verwachting dat moeders niet meer dan parttime moeten werken omdat zij ‘zelf voor kinderen hebben gekozen’.
Een ander perspectief op werkende moeders
Tessa gelooft dat de kijk op werkende moeders moet veranderen. “Sommige banen kun je niet parttime doen. Als je als vrouw onafhankelijk wilt zijn en niet financieel afhankelijk wilt zijn van je partner, moet je soms je kinderen naar een crèche of bso brengen.” Tessa voelt zich een gelukkigere moeder als ze naast haar gezinsleven ook eigen activiteiten heeft. Haar kinderen zijn blij, sociaal en dol op hun moeder, wat volgens haar bewijst dat de tijd die ze thuis doorbrengt kwalitatief goed is. “Er zijn moeders die altijd thuis zijn, maar weinig aandacht aan hun kinderen besteden omdat ze vaak op hun telefoon zitten. Wat is dan erger?” vraagt ze zich af.
Bron: Margriet