Vanaf 1 juli moeten we in Nederland dieper in de buidel tasten voor het versturen van een brief. De prijs van een gewone postzegel stijgt dan met 10 cent en komt daarmee op 1,31 euro. Het is de grootste stijging in jaren. Volgens PostNL is deze verhoging nodig, omdat het bezorgen van post inmiddels meer geld kost dan het oplevert. Steeds minder mensen sturen nog brieven en kaarten, terwijl de kosten van personeel, vervoer en verwerking blijven oplopen. Dat zorgt voor financiële problemen bij het bedrijf, dat wettelijk verplicht is vijf dagen per week te bezorgen.
Ook andere tarieven gaan omhoog. Zo kost een postzegel voor brieven naar het buitenland straks 2 euro, terwijl dat nu nog 1,90 euro is. Voor een aangetekende brief moet je straks 10,80 euro betalen, dat is een verhoging van 50 cent. Een aangetekend pakket versturen wordt ook 50 cent duurder en gaat vanaf juli 10,85 euro kosten. De verhoging komt bovenop eerdere prijsstijgingen van de afgelopen jaren. In 2023 was een gewone postzegel nog 1,01 euro. Daarmee is de postzegel in iets meer dan twee jaar tijd met 30 cent gestegen.
Minder post, meer kosten
Directeur Maurice Unck van de posttak van PostNL legt uit waarom de prijzen zo hard stijgen. “We zien al jaren dat mensen minder post versturen. Dat betekent minder inkomsten voor ons,” vertelt hij. “Maar onze kosten blijven gelijk of worden zelfs hoger.” PostNL moet volgens de wet nog steeds vijf dagen per week bezorgen, ook al gaat het om veel minder brieven dan vroeger. Elke straat in Nederland wordt dus bezocht door een postbezorger, terwijl de stapels steeds kleiner worden. “Dat maakt het werk duur en tijdrovend. Het past niet meer bij wat mensen tegenwoordig willen,” aldus Unck.
Volgens PostNL zorgen de hoge kosten en het lage aantal brieven ervoor dat de posttak verlies draait. Om dat verlies enigszins op te vangen, zijn hogere tarieven nodig. Toch helpt dat alleen tijdelijk. “We begrijpen dat niemand staat te juichen om meer te betalen voor een postzegel,” zegt Unck. “Maar we moeten wel iets doen. De nieuwe prijzen zijn nodig om de post in leven te houden.” Het bedrijf wil daarmee voorkomen dat de postdienst verdwijnt of onbetrouwbaar wordt. Dat zou vooral lastig zijn voor ouderen en mensen die nog regelmatig post ontvangen of versturen.
In februari riep PostNL de overheid al op om hulp te bieden. Ze vroegen toen om financiële steun of aanpassingen in de regels. Op dit moment moet PostNL post binnen één werkdag bezorgen, maar dat is volgens het bedrijf niet meer haalbaar. In andere Europese landen mag de post er soms twee of drie dagen over doen. Een vergelijkbare regeling in Nederland zou helpen om kosten te besparen. PostNL is daarom in gesprek met het kabinet over aanpassing van de Postwet. Zo hopen ze postbezorging in de toekomst betaalbaar en betrouwbaar te houden.
Wat betekent het voor huishoudens?
De meeste mensen zullen de prijsstijging in de praktijk nauwelijks voelen. Een gemiddeld huishouden in Nederland verstuurt volgens PostNL nog maar zes brieven per jaar. Door de verhoging van 10 cent per postzegel komt dat neer op ongeveer 60 cent extra per jaar per gezin. Dat lijkt weinig, maar voor het bedrijf maakt elke cent verschil. “Het is een kleine stap voor huishoudens, maar een belangrijke maatregel voor ons,” zegt Unck. Met dit geld kan PostNL blijven investeren in het bezorgen van post, ook in dorpen en afgelegen gebieden.
Toch erkent het bedrijf dat dit niet de enige oplossing is. Hogere tarieven lossen het verlies op de lange termijn niet op. “We zitten klem tussen stijgende kosten en verplichtingen uit de Postwet,” legt Unck uit. PostNL wil meer ruimte om het werk anders in te richten, bijvoorbeeld door minder vaak te bezorgen. Alleen dan kunnen ze geld besparen zonder dat de service te veel achteruitgaat. De overheid zal hierin een belangrijke rol moeten spelen.
De prijsstijging is niet de eerste en waarschijnlijk ook niet de laatste. De afgelopen jaren gingen de tarieven al meerdere keren omhoog. Toch blijft het versturen van een brief voor veel mensen iets bijzonders. Denk aan verjaardagskaarten, rouwpost of officiële documenten. Voor die momenten wil PostNL de service blijven bieden, maar wel op een manier die haalbaar is. Met steun van de politiek en begrip van de klant hopen ze dat de postdienst ook in de toekomst blijft bestaan.
Wie dus na juli nog een kaartje wil sturen, betaalt daar iets meer voor. Maar volgens PostNL is dat nodig om de postbode in de straat te kunnen houden. Of de overheid meebeweegt, zal de komende tijd duidelijk worden. Voor nu is één ding zeker: vanaf juli betaal je voor een postzegel 1,31 euro.
Bron: Nu.nl