Je kent het vast wel: je kledingkast puilt uit en je besluit op te ruimen. De kleding die je niet meer draagt, stop je netjes in een zak en gooit in de textielbak op de hoek van de straat. Je denkt dat je goed bezig bent, want die kleding wordt vast hergebruikt of gerecycled. Toch is dat niet altijd zo. Sterker nog: vaak belandt een groot deel van de kleding uit die bakken niet op de plek die je hoopt. In dit artikel lees je waarom het beter is om niet zomaar al je oude kleding in de textielbak te gooien.
De bedoeling van textielbakken
Textielbakken zijn ooit bedacht met een goed doel. Ze moeten helpen om kleding en ander textiel een tweede leven te geven. De spullen die mensen inleveren, worden verzameld en gesorteerd. Wat nog bruikbaar is, gaat naar tweedehandswinkels of wordt geëxporteerd naar landen waar tweedehandskleding populair is. Wat niet meer te dragen is, wordt soms verknipt tot poetsdoeken of isolatiemateriaal. In theorie klinkt dit als een duurzame oplossing. Maar in de praktijk blijkt dat het systeem steeds minder goed werkt.
Vervuiling maakt veel textiel onbruikbaar
Een van de grootste problemen is vervuiling. In de textielbakken belandt namelijk niet alleen kleding, maar ook vuilnis, natte doeken en kapotte spullen. Eén zak met vuilnis kan al genoeg zijn om een hele container te laten afkeuren. Als er vocht of schimmel in komt, is het textiel niet meer bruikbaar. Ook kleding die vies is of nat wordt, kan niet meer worden hergebruikt. Daardoor belandt een groot deel van het ingezamelde textiel uiteindelijk in de verbrandingsoven in plaats van dat het een tweede leven krijgt.
In sommige gemeenten is zelfs tot vijftien procent van het ingezamelde textiel vervuild. Dat zorgt niet alleen voor verspilling, maar ook voor hogere kosten voor de inzamelaars. Zij moeten meer sorteren, meer transporteren en hebben uiteindelijk minder bruikbaar materiaal over.
Slechte kwaliteit maakt recyclen lastig
Ook de kwaliteit van kleding speelt een grote rol. Veel kleding die tegenwoordig wordt weggegooid, komt uit de fastfashion-industrie. Dat zijn goedkope kledingstukken die vaak maar kort meegaan. De vezels zijn dun en versleten, waardoor ze lastig opnieuw te gebruiken zijn. Daarnaast bestaan veel stoffen uit een mengsel van materialen, zoals katoen met polyester. Dat maakt het moeilijk om ze te scheiden voor recycling.
Als je kleding dus goedkoop is of al flink versleten, is de kans klein dat het nog een tweede leven krijgt. En hoewel veel mensen denken dat hun kleding wordt hergebruikt, blijkt dat maar deels waar te zijn. Slechts een deel van de kleding krijgt echt een nieuw leven. De rest wordt verwerkt tot minderwaardige materialen of verbrand.
Export is niet altijd een duurzame oplossing
Veel ingezamelde kleding wordt naar het buitenland gestuurd. Dat lijkt een goede manier om kleding langer te laten meegaan, maar ook daar zitten nadelen aan. In sommige landen komt er zoveel tweedehandskleding binnen dat lokale kledingmakers er niet meer tegenop kunnen. De goedkope import overspoelt de markt. Steeds meer landen, zoals Rwanda en Ethiopië, hebben daarom besloten om de import van gebruikte kleding te beperken of zelfs te verbieden.
Bovendien is het transport van kleding naar het buitenland niet bepaald milieuvriendelijk. Het kost veel energie en veroorzaakt COâ‚‚-uitstoot. En als de kleding onderweg beschadigd raakt of ongeschikt blijkt, wordt het alsnog weggegooid. Zo verdwijnt het goede doel van de textielbak langzaam naar de achtergrond.
De druk op inzamelaars neemt toe
Bedrijven en organisaties die het ingezamelde textiel verwerken, staan onder grote druk. Ze moeten de bakken legen, het textiel vervoeren, sorteren en verwerken. Als de lading grotendeels onbruikbaar blijkt, maken ze verlies. Veel organisaties kunnen daardoor moeilijk overeind blijven. De kosten stijgen, terwijl de opbrengsten dalen. Ook het vertrouwen in het systeem neemt af. Mensen denken dat hun kleding goed terechtkomt, maar in werkelijkheid belandt een groot deel alsnog bij het restafval.
De milieukosten zijn groter dan je denkt
Zelfs als textiel netjes wordt ingezameld, heeft het nog een impact op het milieu. Het vervoer naar sorteercentra en fabrieken kost energie en veroorzaakt uitstoot. Als kleding niet kan worden hergebruikt, wordt het vaak verbrand. Daarbij komen schadelijke stoffen vrij. Bovendien is het productieproces van kleding zelf al belastend voor het milieu, met veel water- en energieverbruik. Door bewuster om te gaan met kleding kun je dus meer bereiken dan alleen door het weggooien in de textielbak.
Wat kun je beter doen met oude kleding?
In plaats van alles in de textielbak te gooien, zijn er betere manieren om van je oude kleding af te komen. Breng kleding die nog goed is naar een kringloopwinkel of kledingbank. Daar wordt zorgvuldig gekeken wat nog draagbaar is. Je kunt ook zelf kleding verkopen via een online platform of tijdens een kledingruil met vrienden. Zo weet je zeker dat iemand anders er blij van wordt.
Is je kleding kapot, overweeg dan om het te laten repareren. Een losse naad of kapotte rits is vaak makkelijk te herstellen. Of gebruik je creativiteit: maak van oude shirts poetsdoeken of tassen, of gebruik stoffen opnieuw in andere projecten. Steeds meer mensen ontdekken de waarde van upcycling, waarbij oude materialen worden omgevormd tot iets nieuws.
Ook bewust kopen helpt. Door minder en beter te kopen, voorkom je dat kleding na een paar maanden alweer bij het afval belandt. Kies voor merken die duurzaam produceren en nadenken over hergebruik. Sommige winkels bieden zelfs de mogelijkheid om oude kleding in te leveren, zodat het direct wordt verwerkt door de producent zelf.
Kleding inleveren? Doe het goed
Als je toch kleding in een textielbak wilt doen, zorg dan dat het schoon en droog is. Stop het in een goed gesloten zak en gooi er alleen textiel in, geen afval of schoenen met modder. Kijk ook even wat jouw gemeente precies toestaat. Sommige bakken zijn alleen bedoeld voor kleding, andere ook voor gordijnen, lakens of handdoeken. Door zorgvuldig te zijn met wat je weggeeft, help je om de kwaliteit van de inzameling te verbeteren.
Bewuster omgaan met kleding
Uiteindelijk begint duurzaamheid bij jezelf. Als je bewuster omgaat met wat je koopt, draagt en wegdoet, verklein je je ecologische voetafdruk enorm. Textielbakken kunnen nuttig zijn, maar alleen als iedereen ze op de juiste manier gebruikt. Gooi dus niet zomaar alles in de bak, maar denk even na over wat er echt mee gebeurt. Want een tweede leven voor je kleding begint niet in de container, maar bij de keuzes die jij maakt.