Brandnetels zijn op zichzelf geen slechte planten. Toch zien veel mensen ze liever niet in hun tuin terug. Ze kunnen namelijk voor flinke jeuk zorgen als je ze per ongeluk aanraakt. Sommige mensen krijgen er zelfs blaren van. Daarnaast zijn brandnetels erg moeilijk weg te krijgen. Je kunt ze niet zomaar even uittrekken en klaar. Vooral de grote variant blijft telkens terugkomen als je geen goede aanpak hebt. Gelukkig weet tuinexpert Huib Schuttel precies hoe je dit probleem kunt oplossen. En dat zonder je te bezeren.
De twee soorten brandnetels en hun verschillen
In Nederland komen vooral twee soorten brandnetels voor. Je hebt de kleine en de grote brandnetel. De kleine is eenjarige en groeit dus slechts één seizoen. De grote brandnetel daarentegen is meerjarig. Dat betekent dat hij elk jaar opnieuw terugkomt. Dit komt doordat deze plant sterke wortels onder de grond heeft. Die wortels verspreiden zich snel en diep. Dat maakt hem lastig te verwijderen. De kleine brandnetel is een stuk makkelijker weg te halen. Die heeft maar een klein wortelstelsel. Je kunt hem meestal met één ruk uit de grond trekken. Toch is het belangrijk dat je goed weet met welke soort je te maken hebt, zodat je de juiste aanpak kiest.
Wanneer en hoe je het beste kunt beginnen
Volgens Huib Schuttel kun je het beste starten met verwijderen in juni of juli. In die periode groeien brandnetels volop. Je kunt ze dan goed herkennen tussen je andere planten. Ga alleen wel goed voorbereid aan de slag. Bescherm je huid, vooral je handen. Gebruik bij voorkeur rubberen handschoenen. Handschoenen van stof zijn geen goed idee. De brandharen prikken daar gewoon doorheen. Werk ook met stevig tuingereedschap. Een riek is ideaal om de wortels mee los te maken. Zo trek je de hele plant uit de grond. Let erop dat je de wortels niet afbreekt. Als er een stukje achterblijft, groeit de plant gewoon weer terug.
Ook het weer speelt een grote rol. Op warme en droge dagen trek je wortels makkelijker uit de grond. Na een regenbui wordt dat juist lastiger. Dan is de aarde zwaarder en nat. Als je tuin uit kleigrond bestaat, zullen de kluiten ook compacter zijn. Dat maakt het werk iets zwaarder, maar niet onmogelijk. Neem er de tijd voor.
Brandnetels duurzaam verwijderen zonder gif
Wil je liever geen gif gebruiken in je tuin? Dan moet je extra zorgvuldig te werk gaan. Huib Schuttel adviseert om elke wortel streng weg te halen. Pak het hele stuk tuin aan waar de brandnetels groeien. Vergeet ook niet de plekjes tussen je bloemen of struiken. Zelfs één gemiste brandnetel kan het probleem weer laten terugkomen. Houd je tuin daarom goed in de gaten. Zie je ergens een nieuwe plant opkomen, verwijder hem dan direct. Hoe sneller je erbij bent, hoe beter. Zo voorkom je dat de wortels zich weer verspreiden.
Ook het opruimen van de planten is belangrijk. Laat ze nooit zomaar liggen. Gooi ze niet op je composthoop, want dan kunnen ze opnieuw gaan groeien. Het is beter om ze in je groene container te doen. Je kunt ze ook wegbrengen naar het groenafval van de gemeente. Zo weet je zeker dat ze geen tweede kans krijgen.
Wat te doen als je toch geprikt wordt
Soms gaat het mis en raak je alsnog een brandnetel aan. Dan is het goed om te weten wat je kunt doen. Volgens Huib Schuttel werkt weegbree het beste. Dat is toevallig een plant die vaak vlakbij brandnetels groeit. Kneus een blaadje weegbree en wrijf het over de plek waar je geprikt bent. Je voelt dan snel verlichting. Veel mensen denken dat urine helpt tegen de jeuk, maar dat klopt volgens Huib niet.
Je kunt de pijn ook verzachten door de plek met koud water te spoelen. Smeer daarna wat Aloe vera of azijn op de blaar. Dat helpt om de huid te kalmeren. Wat je absoluut niet moet doen? Krabben of wrijven. Daarmee maak je de huid alleen maar kapot. Dan kan het juist nog meer gaan irriteren en langer blijven jeuken.
Bodembedekkers als natuurlijke bescherming
Een slimme manier om brandnetels tegen te gaan, is het gebruik van bodembedekkers. Daarmee bedoelen we materialen of planten die de grond bedekken. Houtsnippers zijn hier een goed voorbeeld van. Die houden de grond vochtig en laten geen licht door. Daardoor krijgen onkruiden weinig kans om te groeien. Je kunt ook kiezen voor planten die snel de bodem bedekken. Denk bijvoorbeeld aan kattenkruid of vrouwenmantel. Deze planten zijn niet alleen praktisch, maar zien er ook nog eens mooi uit. Ze passen perfect in een bloemenborder. En ze maken het de brandnetel lastig om zich daar te nestelen.
Brandnetels zijn niet altijd alleen maar lastig
Toch zijn brandnetels niet alleen maar vervelend. Huib Schuttel benadrukt dat ze ook nuttig kunnen zijn. De plant zit namelijk vol met gezonde stoffen. Denk aan ijzer en magnesium. Je kunt er prima thee van zetten of soep van maken. Als je dat wilt, kun je ervoor kiezen om een paar planten te laten staan. Zet ze bijvoorbeeld in een pot of in een hoekje van je tuin. Dan kun je daar veilig van oogsten.
Brandnetels zijn zelfs goed tegen insectenplagen. Je kunt er een soort plantenvoeding van maken. Laat de planten weken in water en giet dat daarna over je tuin. Dit versterkt je andere planten en houdt schadelijke beestjes weg. Misschien is het dus tijd om anders te kijken naar deze stekelige plant. Want hoewel ze prikken, zijn ze lang niet zo nutteloos als je misschien dacht.
Bron: RTL Nieuws
