Je hebt het vast weleens gezien: een klein groen plantje met paarse of blauwachtige bloemen dat in het voorjaar ineens overal opduikt. Dat is hondsdraf. Vooral in vochtige tuinen groeit het volop. Je vindt het vaak langs schuttingen, tussen het gras of onder struiken. Veel mensen vragen zich af of ze hondsdraf moeten weghalen, of dat je het gerust kunt laten staan. Het antwoord daarop is niet zo simpel.
Hondsdraf komt vooral voor op plekken waar de grond niet helemaal in balans is. Denk aan te natte of zure bodems. Juist op plekken waar andere planten het moeilijk hebben, voelt hondsdraf zich prima thuis. Dat maakt het een soort waarschuwingsplant. Als je plots hondsdraf in je gazon ziet groeien, is dat meestal een teken dat het gras zwakker is geworden. De bodem heeft dan wat extra aandacht nodig.
Waarom hondsdraf als onkruid wordt gezien
Hoewel hondsdraf er op het eerste gezicht schattig uitziet, zien veel mensen het als onkruid. Dat komt vooral doordat het plantje zich heel snel verspreidt. En dat gebeurt op twee manieren: via stengels die over de grond kruipen én via wortels onder de grond. Zelfs als je denkt dat je alles hebt weggehaald, kunnen kleine stukjes blijven liggen. Uit elk restje kan weer een nieuwe plant ontstaan. Daardoor neemt het in korte tijd flink wat ruimte in beslag. Binnen een paar weken kan het je hele tuin overnemen als je niets doet.
Daarom is het belangrijk om hondsdraf goed in de gaten te houden. Vooral als je een nette tuin met strak gras en sierplanten hebt, kan het een storende indringer zijn. Veel mensen kiezen er daarom voor om het plantje te bestrijden. Maar dat is nog niet zo makkelijk als het lijkt.
Hoe kun je hondsdraf het beste verwijderen?
Wil je hondsdraf uit je tuin halen, dan is voorkomen eigenlijk de eerste stap. Zorg voor een dichte beplanting met bodembedekkers, zodat hondsdraf minder kans krijgt om te groeien. Een gezonde bodem helpt ook mee. Als hondsdraf bij jou opduikt, betekent dat vaak dat je grond wat hulp nodig heeft.
Is het al zover dat hondsdraf in je tuin groeit, dan kun je het het beste met de hand verwijderen. Dat kost wat tijd, maar is het meest effectief én het minst schadelijk voor de rest van je tuin. Wacht op een regenachtige dag of geef je tuin eerst wat water. De aarde wordt dan zachter, waardoor je het plantje met wortel en al gemakkelijker uit de grond kunt trekken. Zorg dat je alle delen goed weggooit. Dus niet op de composthoop, maar gewoon in de grijze kliko. Anders groeit het daar vrolijk verder.
Misschien denk je aan een chemisch middel, maar dat is geen goed idee. Onkruidverdelgers pakken niet alleen de hondsdraf aan, maar schaden ook het bodemleven. En dat bodemleven heb je juist nodig voor een gezonde tuin. Je maakt dan misschien korte metten met het plantje, maar je tast de kwaliteit van je tuin aan.
Hondsdraf heeft ook voordelen
Toch is hondsdraf niet alleen maar lastig. Het plantje heeft ook een aantal goede eigenschappen. Zo is het eetbaar en kun je het verwerken in gerechten zoals salades en soep. Je kunt er zelfs thee van maken. De smaak is kruidig en licht bitter, een beetje zoals munt. In vroeg voorjaar trekt hondsdraf bijen en andere nuttige insecten aan, wat goed is voor de biodiversiteit in je tuin.
Daarnaast helpt het als bodembedekker om uitdroging van de grond tegen te gaan. Het houdt de bodem vochtig en beschermt tegen erosie. Ook hoef je er weinig aan te doen, want het plantje redt zichzelf prima. Zeker in een natuurlijke tuin, waar alles wat losser mag, kan hondsdraf dus een nuttige rol spelen.
Of je het laat staan of juist verwijdert, hangt dus af van jouw tuinstijl. Als je houdt van een wilde, natuurlijke tuin waarin alles mag groeien, is hondsdraf prima. Maar wil je alles netjes en strak houden, dan kun je het beter in de gaten houden of direct verwijderen zodra je het ziet opduiken.
Wat kun je doen als het uit de hand loopt?
Soms groeit hondsdraf zo hard dat je het gevoel hebt de controle te verliezen. In dat geval kan het slim zijn om niet alleen het plantje te verwijderen, maar ook de bodem aan te pakken. Laat een grondtest doen of vraag advies bij een tuincentrum. Misschien is je grond te zuur of te nat, en kun je dat verbeteren met kalk of compost. Een gezondere bodem zorgt ervoor dat andere planten beter groeien, waardoor hondsdraf minder kans krijgt.
Ook het vervangen van kale plekken door sterke planten of bodembedekkers helpt goed. Denk aan kruipend zenegroen, vrouwenmantel of maagdenpalm. Deze soorten sluiten de grond af en zorgen ervoor dat ongewenste planten zoals hondsdraf minder ruimte krijgen.
Bron: Libelle
