Iedereen kent het wel: stilstaan in de file. Het hoort bijna bij het dagelijks leven in Nederland. Of je nu onderweg bent naar je werk of juist naar huis wilt, die lange rijen auto’s zijn frustrerend. Toch lijkt het fileprobleem niet kleiner te worden, ondanks alle maatregelen en verbeterde infrastructuur. Volgens experts ligt de oplossing dichterbij dan we denken, maar het vraagt wel om verandering van gedrag.
Waarom we blijven vaststaan
Nederlanders mopperen vaak over files, maar we zijn niet snel bereid om ons reisgedrag aan te passen. Veel mensen rijden liever dagelijks met de auto, zelfs als ze weten dat ze vast komen te staan. Minder autorijden, meer thuiswerken of buiten de spits reizen zou al veel helpen, maar dat doen we nauwelijks. De meeste automobilisten vertrekken nog steeds op ongeveer dezelfde tijd, waardoor de drukte piekt tijdens de spits.
Vervoerseconoom Erik Verhoef van de Vrije Universiteit Amsterdam legt in een video van de Universiteit van Nederland uit waarom dat zo’n groot probleem is. Hij gebruikt een simpele vergelijking: stel je een tunnel voor die als een trechter werkt. Auto’s rijden erin, net als zandkorrels die door een smalle opening glijden. Zolang het rustig is, stroomt alles soepel door. Maar zodra het te druk wordt, raken de auto’s dichter op elkaar en stokt de doorstroming.
Volgens Verhoef zit daar precies het probleem: er komen op één moment te veel auto’s tegelijk bij het knelpunt. De tunnel kan namelijk maar een beperkte hoeveelheid verkeer per minuut verwerken. Zodra er meer auto’s bijkomen dan eruit kunnen, ontstaat een file. En die blijft vaak bestaan tot de drukte voorbij is.
De eenvoudige maar lastige oplossing
De oplossing lijkt eenvoudig: als we ervoor zouden zorgen dat er tijdens de spits nooit méér auto’s de tunnel inrijden dan eruit kunnen, zou het verkeer blijven doorstromen. Er zouden uiteindelijk net zoveel auto’s passeren, alleen zonder stilstaand verkeer. Maar om dat te bereiken, moet een deel van de automobilisten zijn gedrag aanpassen.
Dat betekent bijvoorbeeld iets eerder of juist later vertrekken, of kiezen voor een andere route of vervoermiddel. Het klinkt simpel, maar in de praktijk blijkt het lastig. Mensen houden vast aan hun vaste routines, zelfs als die voor vertraging zorgen. Toch zou volgens Verhoef slechts tien procent van de automobilisten hun vertrektijd hoeven aan te passen om de files flink te verminderen.
De oplossing zit dus niet in meer asfalt of strengere regels, maar in slim sturen van reisgedrag. Econoom en Nobelprijswinnaar William Vickrey kwam tientallen jaren geleden al met een idee dat hier goed bij past. Hij stelde voor om mensen niet met tijd, maar met geld te laten betalen voor drukte op de weg.
Betalen voor de spits
Volgens Vickrey is een file eigenlijk een vorm van evenwicht. Sommige mensen vertrekken vroeg of laat en hebben een korte reistijd. Anderen kiezen voor het drukste moment en staan daardoor langer vast. Iedereen “betaalt” dus met tijd. Door een spitsheffing in te voeren, kunnen we dat evenwicht veranderen.
Het principe is simpel: wie op het drukste moment rijdt, betaalt meer. Stel dat kwart voor acht het drukste moment van de ochtend is. Als de heffing op dat tijdstip bijvoorbeeld drie euro is, zullen sommige automobilisten besluiten om iets eerder of later te vertrekken. Zo spreidt het verkeer zich beter over de ochtend en verdwijnen de files grotendeels.
Verhoef legt uit dat zo’n systeem al werkt in verschillende landen. In sommige Amerikaanse steden wordt het toltarief automatisch aangepast aan de drukte. Hoe drukker het is, hoe hoger het tarief. Daardoor kiezen sommige automobilisten voor een rustiger moment of een andere route. Het resultaat is dat de doorstroming veel beter blijft en de reistijd voor iedereen korter wordt.
Wat Nederland van plan is
In Nederland lijkt de overheid voorlopig een andere richting op te gaan. Er wordt gewerkt aan een vlakke kilometerheffing, waarbij automobilisten per gereden kilometer betalen, ongeacht het tijdstip van de dag. Volgens Verhoef zal dit systeem weinig helpen tegen files.
De reden is dat de heffing geen verschil maakt tussen drukke en rustige tijden. Mensen worden dus niet beloond als ze buiten de spits reizen. Alleen als de prijs per kilometer heel hoog zou worden, zou dat ervoor zorgen dat mensen minder vaak de auto pakken. Maar dat is niet het doel van het plan.
Verhoef vergelijkt het met het ophogen van heel Nederland om overstromingen te voorkomen: dat zou niemand doen. Je moet het probleem aanpakken op het moment en de plaats waar het zich voordoet. Dus niet overal tegelijk, maar gericht op de piekmomenten. Alleen dan kun je files echt effectief verminderen.
Waarom gedragsverandering zo moeilijk is
Toch blijft de grootste uitdaging ons eigen gedrag. Mensen weten vaak wel dat buiten de spits reizen helpt, maar doen het toch niet. De gewoonte om op vaste tijden te rijden, zit diep. Werkroosters, schooltijden en sociale afspraken spelen ook een rol. Daarom is het belangrijk dat werkgevers en overheden samenwerken om flexibeler werken aantrekkelijker te maken.
Thuiswerken of hybride werken kan bijvoorbeeld een groot verschil maken. Ook het gebruik van openbaar vervoer of deelauto’s helpt om de drukte op de wegen te verminderen. Zelfs kleine aanpassingen, zoals één dag per week op een ander tijdstip vertrekken, kunnen al merkbaar effect hebben.
Verhoef benadrukt dat het vooral om bewustwording gaat. Mensen moeten begrijpen dat files niet zomaar “gebeuren”, maar het gevolg zijn van gezamenlijke keuzes. Als een klein deel van de automobilisten bereid is om zijn gewoontes te veranderen, profiteert iedereen van kortere reistijden en minder stress op de weg.
Het fileprobleem lijkt misschien onvermijdelijk, maar dat is het niet. Met een beetje aanpassing en slimmer reisgedrag kunnen we het verschil maken. Minder stilstaan, meer doorrijden — het is eenvoudiger dan we denken, zolang we bereid zijn om de eerste stap te zetten.
Bron: Metro




