De meeste mensen worden na hun dood begraven of gecremeerd. Toch zijn dat niet de enige mogelijkheden. Sommige mensen kiezen ervoor hun lichaam aan de wetenschap te schenken. Dat deed ook actrice en zangeres Joke Bruijs, die onlangs op 73-jarige leeftijd overleed. Zij leed al langere tijd aan de ziekte van Parkinson en besloot bewust dat haar lichaam na haar dood zou worden gebruikt voor medisch onderwijs en onderzoek. Daardoor komt er geen traditionele uitvaart.
In Nederland bestaat al lange tijd de mogelijkheid om je lichaam na overlijden beschikbaar te stellen aan de wetenschap. Het gebeurt minder vaak dan een begrafenis of crematie, maar het is zeker niet uitzonderlijk. Vooral mensen die tijdens hun leven een bewuste keuze willen maken voor onderwijs en medische vooruitgang, kiezen hiervoor. Voor veel nabestaanden kan het even wennen zijn dat er geen klassieke plechtigheid komt, maar er zijn wel gedenkmogelijkheden.
Hoe werkt lichaamsdonatie
Wie zijn of haar lichaam beschikbaar wil stellen, moet dat bij leven al regelen. Dat kan door een wilsbeschikkingsformulier in te vullen en dit bij een academisch ziekenhuis in te leveren. Dit formulier is met de hand geschreven en legt officieel vast dat iemand zijn lichaam wil doneren na overlijden. Zo weten nabestaanden en ziekenhuizen meteen wat de wens van de overledene is.
In principe kan iedereen zich aanmelden bij een universitair medisch centrum in de eigen regio. Toch kan het voorkomen dat er tijdelijk geen nieuwe aanmeldingen worden aangenomen. Dat gebeurt bijvoorbeeld als er al te veel donateurs zijn. Bij het Leids Universitair Medisch Centrum gold er recent een inschrijfstop van bijna een jaar vanwege de grote belangstelling.
Wanneer een geregistreerde donor overlijdt, moet het lichaam vaak binnen 24 uur naar de afdeling anatomie worden gebracht. Dat heeft te maken met ontbinding. Zodra het hart stilstaat, begint het lichaam langzaam te ontbinden. Voor onderwijs of onderzoek is dat niet bruikbaar. Daarom wordt het lichaam behandeld om het te conserveren. Dat gebeurt door middel van balsemen.
Bij dit proces worden vloeistoffen met conserverende middelen en kleurstoffen in de bloedbaan gebracht. Hierdoor blijft het lichaam geschikt voor gebruik. Wel betekent dit dat nabestaanden vaak minder tijd hebben om fysiek afscheid te nemen. Voor velen is dat een emotioneel punt, al bestaan er wel alternatieve manieren om stil te staan bij het verlies.
Het gebruik voor onderwijs en onderzoek
De meeste lichamen die worden gedoneerd, worden gebruikt in het onderwijs. Studenten geneeskunde en andere medische opleidingen leren dankzij echte lichamen hoe het menselijk lichaam in elkaar zit. Ze kunnen organen, weefsels en het zenuwstelsel bestuderen. Ook oefenen ze operatietechnieken en medische handelingen die in de praktijk belangrijk zijn.
Niet alleen studenten profiteren hiervan. Ook ervaren artsen gebruiken de lichamen om nieuwe technieken te leren of bestaande kennis te verdiepen. Een echt lichaam blijft volgens deskundigen de beste manier om inzicht te krijgen in hoe het menselijk lichaam werkt. Modellen en digitale simulaties kunnen veel nabootsen, maar niet alles vervangen.
Soms worden lichamen ook gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek. Bij het Amsterdam UMC wordt bijvoorbeeld onderzocht hoe lichamen onder verschillende omstandigheden ontbinden. Dat helpt niet alleen de wetenschap, maar ook forensisch onderzoek. Door lichamen op een speciaal veld te begraven en hun ontbinding te volgen, kunnen onderzoekers nieuwe kennis opdoen die in meerdere vakgebieden bruikbaar is.
Mensen die hun lichaam doneren kunnen een voorkeur aangeven voor een ziekenhuis of onderzoeksgebied, maar de meeste stellen weinig eisen. In de praktijk bepaalt het ziekenhuis vaak waar het lichaam het beste kan worden ingezet. Dit kan verschillen van anatomisch onderwijs tot medisch-specialistisch onderzoek.
Wat gebeurt er met de resten
In de meeste gevallen krijgen nabestaanden de stoffelijke resten niet meer terug. Wanneer het onderwijs of onderzoek is afgerond, worden de lichamen niet alsnog begraven of gecremeerd zoals bij een gewone uitvaart. Wel hebben academische ziekenhuizen gedenkplekken waar nabestaanden terechtkunnen. Hier kunnen ze stil staan bij hun geliefde en hun herinneringen levend houden.
Daarnaast organiseren sommige ziekenhuizen herdenkingsbijeenkomsten voor de families van donoren. In Leiden wordt er bijvoorbeeld jaarlijks een speciale dag gehouden om de donateurs te eren. Artsen en studenten spreken hun dankbaarheid uit en samen met nabestaanden wordt er stilgestaan bij wie de donoren waren. Voor families is dit vaak een waardevol moment van erkenning.
Het is ook mogelijk om niet het hele lichaam, maar alleen de hersenen en/of het hart te doneren. Hiervoor bestaan speciale banken, zoals de hersenbank en hartbank. Deze zijn bedoeld voor gericht wetenschappelijk onderzoek naar bijvoorbeeld neurologische of cardiologische ziekten.
Waarom echte lichamen belangrijk blijven
Ondanks de vooruitgang in technologie en kennis blijft het werken met echte lichamen onmisbaar. Volgens experts is het de beste manier om toekomstige artsen goed op te leiden. Door een echt lichaam te bestuderen leren studenten hoe weefsel aanvoelt, hoe snel het beschadigt en hoe organen verschillen tussen mensen.
Ook voor chirurgen is dit van grote waarde. Het oefenen van nieuwe operatietechnieken kan niet altijd op een pop of een digitale simulatie. Een echt lichaam geeft inzicht dat nergens anders mee te evenaren is. Daarom spreken artsen altijd van grote dankbaarheid richting de donoren die hun lichaam beschikbaar stellen.
In Nederland zijn er zeven academische ziekenhuizen waar lichaamsdonatie mogelijk is. Dit zijn UMCG in Groningen, LUMC in Leiden, Radboudumc in Nijmegen, Erasmus MC in Rotterdam, UMC Utrecht, AZM in Maastricht en Amsterdam UMC. Elk van deze centra maakt dankbaar gebruik van de lichamen om studenten en artsen beter op te leiden en nieuwe kennis te ontwikkelen.
Wie kiest voor lichaamsdonatie, kiest voor een bijzondere nalatenschap. Het is een besluit dat niet alleen bijdraagt aan de wetenschap, maar ook aan toekomstige generaties artsen en patiënten. Het laat zien dat er meer is dan begraven of cremeren, en dat je zelfs na je dood nog iets waardevols kunt betekenen.
Bron: RTL Nieuws