Als je in de supermarkt of natuurwinkel bij het zoutschap kijkt, valt je misschien iets op: de prijzen lopen enorm uiteen. Je kunt voor een paar cent een pak gewoon keukenzout kopen, maar ook een potje roze Himalayazout aanschaffen dat wel 142 keer duurder is. Hoe kan dat eigenlijk? En is dat dure zout écht beter voor je lichaam? Of betalen we vooral voor het verhaal eromheen?
Steeds meer mensen kiezen tegenwoordig bewust wat ze eten. We willen natuurlijk en puur, en vermijden zogenaamd “bewerkt” voedsel. Zout hoort daar ook bij. En dat zorgt ervoor dat bijzondere soorten zout, zoals Himalayazout, fleur de sel en Keltisch zeezout, steeds populairder worden. Ze zien er mooi uit, komen uit exotische gebieden en hebben een aantrekkelijk verhaal. Maar hoe zit het met de inhoud?
Wat zit er eigenlijk in zout?
Zout is in de basis altijd hetzelfde: natriumchloride. Dat is het hoofdbestanddeel van al het keukenzout. Of je het nu uit een mijn in Pakistan haalt of uit de zee, uiteindelijk gebruik je het in je eten om smaak te geven. Gewoon tafelzout bestaat voor meer dan 99% uit natriumchloride. Soms worden daar jodium of antiklontermiddelen aan toegevoegd.
De meer ‘natuurlijke’ zouten zoals Himalayazout bevatten meestal iets minder natriumchloride en iets meer andere mineralen, zoals magnesium, calcium en ijzer. Die ijzerdeeltjes geven bijvoorbeeld de roze kleur aan Himalayazout. Dat ziet er prachtig uit, maar het maakt in voeding nauwelijks verschil. De hoeveelheden zijn zó klein dat je er niks van merkt in je gezondheid. Je zou bijna een kilo Himalayazout per dag moeten eten om daar iets van binnen te krijgen — en dat is natuurlijk helemaal niet gezond.
Waarom is Himalayazout zo duur?
Er zijn een paar redenen waarom Himalayazout zoveel meer kost dan gewoon keukenzout. Allereerst is er het transport. Het zout wordt gewonnen in mijnen in Pakistan en moet van daaruit de hele wereld over worden verscheept. Dat maakt het meteen al duurder dan zout dat bijvoorbeeld uit Nederland of Frankrijk komt.
Daarnaast speelt de marketing een grote rol. Himalayazout wordt vaak verkocht als iets puur en gezonds. De verpakkingen zijn mooi, de potjes luxer, en de tekst op het label doet vermoeden dat je een bijzonder product in handen hebt. Dat zorgt ervoor dat mensen bereid zijn er meer voor te betalen.
Sommige bedrijven maken het zelfs nog bonter. Ze verkopen ‘Himalayazoutlampen’ of zoutstenen waarmee je kunt koken. Het is duidelijk dat er dan niet alleen op het zout zelf winst wordt gemaakt, maar op de hele beleving eromheen. En dat verkoopt goed, zolang mensen denken dat het ook echt beter is.
Is duur zout gezonder dan goedkoop zout?
Er wordt vaak gezegd dat roze of grijs zout beter voor je lichaam is omdat er “meer mineralen” in zitten. Technisch klopt dat wel. Er zit in sommige zouten een klein beetje ijzer, zink of magnesium. Maar dat is verwaarloosbaar weinig. De hoeveelheid die je via zout binnenkrijgt, heeft geen enkele invloed op je gezondheid. Daarvoor moet je het uit andere voedingsmiddelen halen.
Bovendien eet je meestal maar weinig zout per dag — als het goed is tenminste. De gezondheidsraad raadt aan om niet meer dan 6 gram zout per dag te gebruiken. Als je alleen al kijkt hoeveel zout er in bewerkte producten zit, is dat al snel bereikt. Je zou dan ook nooit moeten vertrouwen op zout als bron van gezonde mineralen.
Sommige mensen denken ook dat gewoon keukenzout ongezond is omdat het “bewerkt” is. Maar dat is een misverstand. Het feit dat er jodium aan wordt toegevoegd, is juist een bewuste keuze van de overheid. Jodium is namelijk belangrijk voor je schildklier. Vroeger kregen mensen daar te weinig van binnen, en dat leidde tot gezondheidsproblemen. Door jodium aan zout toe te voegen, werd dat opgelost.
Consumentenbedrog of slimme marketing?
Er zijn wetenschappers en voedingsdeskundigen die stellen dat Himalayazout en andere dure zouten eigenlijk niks meer zijn dan consumentenbedrog. Je betaalt veel meer voor een product dat in de basis precies hetzelfde doet als goedkoop zout: smaak geven aan je eten. En dat terwijl je de gezondheidsvoordelen vaak niet eens merkt.
Toch zijn er mensen die zweren bij een bepaald soort zout. Ze vinden het lekkerder smaken, of ze vinden het mooi op tafel staan. En dat mag natuurlijk. Maar het is wel goed om te weten dat die voorkeur vooral draait om gevoel en beleving — en niet om gezondheid of voeding.
Uiteindelijk is zout gewoon zout. Of het nu wit, roze of grijs is. Of het nou uit de bergen komt of uit zee. De echte verschillen zitten niet in wat het met je lichaam doet, maar in waar het vandaan komt, hoe het eruitziet en hoe het wordt verkocht.
Wat kun je het beste kiezen?
Wil je bewust met je voeding omgaan? Dan is het niet nodig om dure zouten te kopen. Gewoon keukenzout, liefst met toegevoegd jodium, is prima. Het is veilig, gecontroleerd en doet precies wat zout hoort te doen.
Gebruik zout wel altijd met mate. Te veel zout is slecht voor je bloeddruk en je hart. Dat geldt voor élk type zout, dus ook het biologische, roze of handgeschepte zeezout. Het is dus beter om te letten op hoeveel je gebruikt, dan op welk soort je koopt.
Wil je toch af en toe een ander soort zout gebruiken, bijvoorbeeld omdat je het lekker vindt of er blij van wordt? Dan is daar niks mis mee. Maar laat je niet wijsmaken dat roze zout wonderen doet voor je gezondheid. De waarheid is simpel: het is gewoon zout, met een mooi kleurtje en een veel hoger prijskaartje.