Het was Een Sint-Jozefhaai en hij hing nog steeds aan de nek van de zeehond. Het jonge mannetje had zelfs nog een hele vis bij zich. De Sint-Jozefhaai, alias de Kaapse olifantvis, is een echte chimera – lid van een primitieve vissensubklasse die zich afsplitste voordat veel van de kenmerken die wij met haaien associëren ontstonden. Het is noch een haai, noch een beenvis. De Sint-Jozefhaai heeft hierdoor enkele opmerkelijk eigenaardige trekken en lijkt op de ratvis.
Ze komen vooral voor in de ondiepe zeeën van de Westkaap, maar ook in Namibië en de Oostkaap. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, komen chimaeren eigenlijk vrij veel voor. De Sint-Jozefhaai is de enige die in ondiep water voorkomt, omdat de meeste chimpansees in diep water leven. Hun weerhaken zijn knoestig. Ze hebben grote giftige weerhaken die uit hun rugvin steken en die zitten vast in de zeehonden.
De pelsrobben jagen gewoonlijk niet op deze vissoort, maar ze worden wanhopig door de massale hongersnood die onlangs is opgetreden. De zeehonden worden “gespietst” terwijl de haaien aan de oppervlakte in hapklare brokken worden gesneden, en breken vaak af en blijven daar liggen door de eenzijdige weerhaken op die stekels. Op de volgende pagina ontdek je wat er met de zeehonden is gebeurd.