Met de komst van de lente begint niet alleen het zonnetje te schijnen, maar ook het pollenseizoen. Voor mensen met hooikoorts betekent dat vaak tranende ogen en niesbuien. Maar niet alleen mensen hebben er last van. Ook je auto blijft niet gespaard. Een gele laag stuifmeel op de motorkap is in deze tijd van het jaar geen uitzondering. Sommige verhalen zeggen zelfs dat pollen slecht zijn voor je lak. Maar is dat wel waar?
Pollen zijn vooral vervelend omdat ze overal aan blijven plakken. Ze liggen op je ruiten, dak en motorkap. Je ziet je auto binnen een dag veranderen in een stoffige, gele bolide. Het ziet er niet fris uit, maar is het ook schadelijk? Volgens experts valt dat gelukkig mee. Het stuifmeel zelf beschadigt de lak namelijk niet zo snel als bijvoorbeeld vogelpoep of zand. Toch zijn er wel situaties waarin je moet opletten.
Zachte pollen zijn onschuldig, maar niet altijd
Er wordt vaak gezegd dat pollen net zo schadelijk zijn als vogelpoep of Saharazand. Gelukkig klopt dat niet. Stuifmeel is namelijk zacht van structuur. Het tast de lak van je auto dus niet rechtstreeks aan. Vincenzo Lucà van TÜV Süd, een bekende Duitse keuringsinstantie, legt uit dat pollen geen hard of schurend materiaal zijn. Ze blijven vooral aan de auto kleven, maar doen op zichzelf geen schade.
De lak wordt pas echt in gevaar gebracht als pollen zich mengen met ander vuil. Denk bijvoorbeeld aan zand uit de lucht, zoals Saharazand, of stof. Als je dan bijvoorbeeld je ruitenwissers aanzet zonder eerst schoon te maken, kunnen er krassen op je ruit ontstaan. De combinatie van zand en pollen maakt het gevaarlijk. En als je auto onder een boom staat of lange tijd stil heeft gestaan, is de kans nog groter dat er vuil tussen zit.
Voor je gaat rijden, kun je dus het beste even je voorruit afspoelen. Gewoon met een tuinslang of sproeier. Zo voorkom je krassen en heb je weer goed zicht. Een kleine handeling met groot effect.
Verstopte afvoerkanalen door stuifmeel
Een andere reden om pollen serieus te nemen, is het risico op verstopte afvoergaten. Vooral aan de onderkant van je voorruit zitten kleine openingen waar water en vuil weg kunnen lopen. Als die verstopt raken door stuifmeel, kan het water zich ophopen. Dat kan uiteindelijk zorgen voor lekkages of schimmel in je auto.
Auto’s die lang stilstaan zijn extra gevoelig voor dit probleem. Denk aan campers of auto’s die maar af en toe worden gebruikt. Daarom is het belangrijk om regelmatig je auto schoon te maken. Even met een tuinslang eroverheen of een ritje door de wasstraat helpt al enorm. Volgens Vincenzo Lucà hoef je je dan geen zorgen te maken. Met goed onderhoud voorkom je problemen.
Zelf schoonmaken? Zo doe je dat veilig
Wil je het stuifmeel zelf verwijderen? Dat kan prima, maar doe het wel op de juiste manier. Volgens Autoweek kun je het beste een hogedrukreiniger gebruiken. Maar let op: houd altijd minstens 30 centimeter afstand tot je auto. Te dicht op de lak spuiten kan namelijk zelf schade veroorzaken.
Een andere tip: kies bij het wassen ook meteen voor een beschermende waxlaag. Die zorgt ervoor dat vuil minder makkelijk aan de lak blijft kleven. Pollen, stof en andere troep glijden dan letterlijk makkelijker van je auto af. En dat scheelt weer schoonmaken.
Ook handig: parkeer je auto, als het kan, niet onder een boom. Daar valt vaak extra stuifmeel vanaf, samen met bloesem of boomsappen. En die kunnen wél schade geven aan je lak. Zoek dus liever een open parkeerplek in de schaduw.
Conclusie: geen paniek, wel schoonhouden
Pollen zien er misschien vervelend uit op je auto, maar zijn op zichzelf niet direct schadelijk. Ze zijn zacht en veroorzaken geen krassen of beschadigingen aan de lak. Pas als ze zich vermengen met zand of ander vuil, kunnen ze problemen geven, vooral op je voorruit of in de afvoergaten van de auto.
Wil je geen risico nemen? Spoel je auto dan regelmatig af. Zeker als hij lang buiten heeft gestaan. Een wasbeurt met waxlaag zorgt voor extra bescherming. En voorkom krassen door nooit zomaar met droge doeken over het stuifmeel te wrijven. Met een beetje zorg blijft je auto in topconditie, ook in het pollenseizoen.
Bron: Libelle